Interview over Noord-Koreaanse mensenrechtenschendingen

„Een totalitaire staat waar tienduizenden mensen gemarteld en tot slaaf gemaakt worden.” De Noord-Koreaanse mensenrechtenschendingen zijn zo erg dat ze volgens Amnesty International „een eigen categorie” vormen. De organisatie Korea Future brengt ze in kaart. Ik sprak met Hyeonsim Lee en Yeinah Chang van de organisatie.

Lees hier het interview: Noord-Koreaanse Kim werd gedwongen tot een abortus zonder verdoving

Interview Kang Chol-hwan

Bijna de helft van zijn leven in Noord-Korea bracht Kang Chol-hwan door in een van de beruchtste strafkampen van het land: Yodok. „Maar eigenlijk kun je zeggen dat heel Noord-Korea één grote gevangenis is.” Ik interviewde Kang, auteur van het baanbrekende boek ‘De Aquariums van Pyongyang’, in Seoul:

Lees hier het volledige interview: Kang Chol-hwan overleefde Noord-Koreaans strafkamp: „Eigenlijk kun je zeggen dat heel Noord-Korea één grote gevangenis is”

Een Duitse versie werd door Die Welt gepubliceerd: „Ein Teil wurde sofort ermordet“ – Die grausame Realität in einem nordkoreanischen Arbeitslager

Boekrecensie Twee Koreanen

Voor NRC besprak ik het boek Twee Koreanen: Achter de verborgen wereld van Noord- en Zuid-Korea van Jihyun Park en Seh-Lynn Chai, dat recent in het Nederlands uitkwam. Ik interviewde Park vorig jaar voor NRC. Lees hier de recensie van het boek:

Het leek in 1998 een gouden kans voor de toen 29-jarige Jihyun Park om niet alleen de brute dictatuur in Noord-Korea te ontvluchten, maar ook de destijds woedende hongersnood die aan meer dan een miljoen mensen het leven zou kosten. Een mensensmokkelaar beloofde haar en haar broer naar China te brengen, waar ze een baan kon krijgen en genoeg te eten was. Haar moeder, die eerder was gevlucht, was er al en wachtte op hen.

Alleen: er was geen baan. Park werd wel naar haar moeder gebracht, maar zij bleek haar voor 5.000 Chinese yuan te hebben verkocht aan een Chinese man op het platteland. Vanwege de eenkindpolitiek kent China een groot tekort aan vrouwen en het komt geregeld voor dat Noord-Koreaanse vrouwen als bruid of seksslavin aan mannen verkocht worden. Park kwam terecht bij een werkloze alcoholist die haar geregeld sloeg en een kind, Chul, bij haar verwekte. Uiteindelijk werd ze na vijf jaar gepakt en teruggestuurd naar Noord-Korea – zonder Chul – waar ze in een strafkamp belandde.

In Twee Koreanen, waarin Park haar verhaal doet met hulp van de Zuid-Koreaanse auteur Seh-Lynn Chai, rijgen de ongelofelijke en vreselijke gebeurtenissen in Noord-Korea en China, die een bijna bovenmenselijke veerkracht vergen, zich aaneen. De mensenrechtenschendingen in Noord-Korea zijn zo ernstig dat Amnesty International jaren geleden stelde dat „zij eigenlijk een categorie op zichzelf vormen”. Park blijven deze gruwelen niet bespaard: ze wordt zowel geestelijk als fysiek mishandeld en ze verliest na haar tijd in het strafkamp bijna één van haar benen aan gangreen door langdurige dwangarbeid.

Het boek biedt meer dan de gevolgen van de Noord-Koreaanse repressie door de ogen van één dapper individu. In Noord-Korea wonen 25 miljoen burgers die hoofdzakelijk bezig zijn met hun werk, een partner vinden en een gezin stichten – net zoals overal ter wereld. Tegelijkertijd wordt het land geregeerd door een dynastie die de meest waanzinnige regels en gebruiken loslaat op deze bevolking. De interessantste stukken in Twee Koreanen laten precies de spanning tussen deze twee realiteiten zien.

Zo valt op dat Parks familie verspreid over verschillende regio’s in het land leeft, terwijl burgers zelfs voor een reis naar een andere provincie een vergunning nodig hebben.

Dit blijkt geen toeval, zo legt een oom aan Park uit: „Hoe meer een familie verdeeld is, hoe minder ze verenigd is. De Staat wordt je nieuwe familie, die vervangt je familie.” Over die familie wordt overigens nog meer verteld, ondermeer de waanzinnige anekdote over Parks zusje die probeert te leren programmeren zonder computer, iets waar ik graag meer over had gelezen.

Een groot deel van Parks boek speelt zich af tijdens de hongersnoodjaren (1994-1998), in Noord-Korea de Zware Mars genoemd. Ze beschrijft op aangrijpende wijze hoe ze als basisschoollerares meemaakt dat kinderen uit haar klas ‘verdwijnen’ of zo zwak en uitgehongerd op komen dagen dat van onderwijs volgen geen sprake kan zijn. In Noord-Korea sterft echter niemand van de honger – op papier dan – en werd in de jaren negentig van ‘de ziekte’ gesproken. Wanneer Parks oom overlijdt tijdens de hongersnood zeggen de familieleden tegen buurtgenoten „dat hij op latere leeftijd de mazelen had gekregen – je stierf immers niet van honger in een socialistisch land.”

Het is bijzonder jammer dat de vertaling van het boek vaak niet lekker loopt, met veel anglicismen, tegenwoordige en verleden tijd door elkaar en krom lopende zinnen. Op de voorkant is zelfs vergeten het woord ‘and’ tussen de twee auteursnamen te vertalen naar ‘en’ – hoe dan? Wie dat door de vingers kan zien en ook de auteurs het wat afgeraffelde einde kan vergeven leest zo, in dit prachtig omschreven relaas, hoe een vrouw met zowel de verschrikkingen als de alledaagsheden in Noord-Korea omgaat – en hier uiteindelijk aan weet te ontsnappen. Waar verhalen over het privéleven van Kim Jong-un en zijn voorgangers altijd veel lezers weten te trekken, is het te hopen dat in de nabije toekomst minstens evenveel aandacht kan uitgaan naar schrijvers als Jihyun Park.

Deze recensie werd eerder gepubliceerd in NRC.

Interview John Linton, die ambulance invoerde in Zuid-Korea en Noord-Korea 29 maal bezocht

„Noord-Korea is het makkelijkste land waar ik ooit gewerkt heb.” John Linton, ook bekend als Ihn Yo-han, lacht uitdagend in zijn kantoor aan de Hanrivier in de Zuid-Koreaanse hoofdstad Seoul. Het is niet zijn eerste of laatste boude uitspraak in het interview dat ik met hem afnam.

Lees hier het hele artikel: John Linton leverde ambulance af in Noord-Korea: „Het makkelijkste land waar ik ooit gewerkt heb”

Gouverneur van Noord-Koreaanse provincie: ‘Waarom zou ik naar die nare plek terug willen?’

Voor NRC interviewde ik Ji Seong-ho, die behalve een bekende Noord-Koreaanse vluchteling ook de gouverneur is van de Noord-Koreaanse provincie Noord-Hamgyong. Die bestuurt hij vanuit een kantoor in Zuid-Korea. Hoe dat kan, lees je hieronder in het interview dat ik met hem afnam in Seoul:

Foto geplaatst met toestemming van kantoor van Ji Seong-ho

Ji Seong-ho kan iets zeggen dat geen van zijn collega’s hem nadoet. Hij is namelijk in de regio geweest waarvan hij gouverneur is. Maar liefst 24 jaar woonde hij in de provincie Noord-Hamgyong.

Noord-Hamgyong ligt echter niet in Zuid-Korea, waar de 43-jarige Ji deze woensdagmiddag vanuit een diepe fauteuil zijn verhaal doet, maar in het noordoosten van Noord-Korea. Hij groeide op als zoon van een mijnwerker die gerespecteerd partijlid was, maar leed alsnog flink onder de hongersnood van de jaren negentig. In 2006 vluchtte hij via China naar Zuid-Korea, waar hij sindsdien woont en staatsburger is.

Hoe hij dan toch gouverneur is van Noord-Hamgyong? In 1945 werd Korea, dat een millennium lang als één land had bestaan, door de geallieerden opgedeeld in een noordelijk, communistisch en een zuidelijk, kapitalistisch deel. Deze situatie had maximaal vijf jaar moeten duren, maar is tachtig jaar later nog steeds een feit. Noord- en Zuid-Korea staan niet alleen nog altijd op zeer gespannen voet met elkaar, ze hebben elkaar formeel nooit erkend als wettige overheid. Hierdoor claimt Seoul tot op de dag van vandaag zeggenschap over het gehele Koreaanse schiereiland.

In 1949 richtte de toenmalige Zuid-Koreaanse overheid de ‘Commissie voor de Vijf Noordelijke Provincies’ op. Die stelt gouverneurs aan voor de vijf regio’s die Noord-Korea destijds kende (inmiddels zijn het er negen), van wie de functies zijn vastgelegd in artikel 3 van de Zuid-Koreaanse grondwet. Deze ambtsdragers ontvangen een riant salaris en een auto met chauffeur, net als gouverneurs van Zuid-Koreaanse provincies.

Ji heeft deze middag maximaal een uur de tijd, dus hij heeft blijkbaar taken die hij moet uitvoeren. Wat doet een gouverneur van een onbereikbare provincie dan?

„Elke dag kom ik naar kantoor en krijg ik eerst updates over mijn regio en lees ik nieuws daarover. Ik houd contact met burgers die na 1945 uit Noord-Hamgyong naar Zuid-Korea zijn gekomen”, legt Ji uit. „Verder draag ik bij aan het voorbereiden van de Koreaanse hereniging, het uitoefenen van druk [op Pyongyang] om het kernwapenprogramma te ontmantelen en humanitaire zaken.” Achter hem hangt een fors schilderij met daarop de Paektu, de hoogste en belangrijkste berg van Noord-Korea.

De omvang van het vijf verdiepingen tellende gebouw waarin de Commissie gehuisvest is, doet niet vermoeden dat het hier om een relatief kleine organisatie gaat. In totaal werken er volgens Ji slechts 46 medewerkers. In de hal klinkt uit de verte stemmig gezang.

Dat kan kloppen, legt Ji uit. „De Commissie biedt ook ruimte aan het beoefenen en in ere houden van cultureel erfgoed uit de noordelijke provincies”, waarbij het vooral gaat om regionale cultuur van vóór 1945 – die onder het Kim-regime wordt onderdrukt. Volgens Ji oefenen er koren, dansgroepen en andere muzikale gezelschappen. Ook houden christelijke organisaties er gebedsbijeenkomsten.

Hongersnood

Ji is de jongste gouverneur die Zuid-Korea ooit gehad heeft en de tweede Noord-Koreaanse vluchteling, nadat de in Pyongyang geboren Cho Myung-chul de functie eerder bekleedde. Ondanks zijn leeftijd heeft Ji toch de meeste ervaring met Noord-Korea van al zijn collega-gouverneurs. „Mijn leven in Noord-Korea is ontzettend gewelddadig en hard geweest, met mishandelingen en andere mensenrechtenschendingen”, zegt Ji.

Tijdens de hongersnood in de jaren negentig, die meer dan een miljoen Noord-Koreanen het leven kostte, zocht Ji op dertienjarige leeftijd naar kolen tussen de treinrails. Hij viel flauw van de honger en toen hij wakker werd, was hij overreden door een trein. Hij verloor een been en drie vingers, maar bij een operatie zonder verdoving amputeerden artsen zijn hele hand. Zijn vader moest antibiotica en pijnstillers kopen op de zwarte markt terwijl Ji herstelde.

Foto geplaatst met toestemming van kantoor van Ji Seong-ho

Toen Ji later net over de Chinese grens voedsel zocht, werd hij bij terugkeer door de Noord-Koreaanse autoriteiten mishandeld en gefolterd. Hierna besloot hij het land te ontvluchten, waarvoor hij duizenden kilometers op krukken moest lopen tot hij via China en Laos Thailand bereikte. Daar meldde hij zich bij de Zuid-Koreaanse ambassade, die hem hielp aan een vlucht naar en goede start in Zuid-Korea. Ji’s vader probeerde Noord-Korea later op dezelfde manier te ontvluchten, maar werd betrapt. Hij stierf in een van de beruchte Noord-Koreaanse strafkampen.

„In Noord-Korea droomde ik van vrijheid en nu heb ik dat”, vertelt de gouverneur tevreden. „Ik ben blij dat mijn leven daar, hoe verschrikkelijk ook, nu als inspiratie kan dienen voor gouverneurs en voor andere Zuid-Koreanen.” Omdat hij exact weet hoe het leven in Noord-Korea werkt, voelt en smaakt kan Ji andere gouverneurs goed informeren over hoe zij bepaalde thema’s, plannen of gesprekken aanpakken. „Ik weet hoe het regime denkt, maar ook hoe gewone Noord-Koreanen denken.”

Donald Trump

Voor hij gouverneur werd, was Ji achtereenvolgens mensenrechtenactivist en parlementslid namens de conservatieve People Power Party (PPP), waarbij hij zich inzette voor beleid gericht op Noord-Koreaanse vluchtelingen. Toen hij in 2024 na één termijn niet herkozen werd, ging Ji in hetzelfde jaar aan de slag als gouverneur van Noord-Hamgyong. Hij geeft geregeld interviews over zijn leven in en vlucht uit Noord-Korea. In 2018 was hij te gast bij de State of the Union van de Amerikaanse president Donald Trump, die hem als voorbeeld gebruikte van hoe wreed het regime van Kim Jong-un was. Later dat jaar zouden Kim en Trump elkaar juist ontmoeten en goede vrienden worden. Dit tot teleurstelling van Ji, die Trumps eerdere aandacht voor Noord-Koreaanse mensenrechtenschendingen in rook zag opgaan.

Iemand die zich vanuit Zuid-Korea fulltime bezighoudt met het bevorderen van vrede met en toenadering tot Noord-Korea kan snel cynisch en gedesillusioneerd worden, maar daar heeft Ji geen last van. „Veel Noord-Koreanen hebben de afgelopen jaren gesmokkelde Zuid-Koreaanse films en series gekeken, maar ook informatie van Radio Free Asia en Voice of America gekregen”, zegt Ji. „Zij weten dat het leven in Zuid-Korea veel beter is, sommigen ontvangen zelfs geld en informatie van gevluchte familieleden. Ik ben ervan overtuigd dat een meerderheid van de Noord-Koreanen wil herenigen met Zuid-Korea en onder een liberale democratie wil leven, in plaats van onder een dictatuur zoals nu.”

Begin vorig jaar zei Kim Jong-un dat hij niet langer naar hereniging streeft en Zuid-Korea voortaan ziet als „vijand nummer één”. Direct hierop schrapte de dictator alle referenties aan hereniging en versterkte militaire posities langs de grens met Zuid-Korea. Noord-Koreaanse staatsmedia hebben de gouverneurs in het verleden omschreven met een Koreaanse term die zowel ‘prullaria’ als ‘dwaas’ betekent.

Het brengt Ji niet van zijn optimisme af. „De wil van het Noord-Koreaanse volk is het belangrijkst en dat volk wil hereniging, die wil kun je uiteindelijk niet tegenhouden”, zegt hij overtuigd.

Nachtmerries

Zelfs als het klopt dat het Noord-Koreaanse volk snakt naar vrijheid, democratie en hereniging met Zuid-Korea kunnen Ji en zijn collega’s niet met hen spreken. Als ze al met iemand in contact kunnen komen, zijn dat leden van het Kim-regime. Maar zelfs daarmee is Ji niet belast: onderhandelingen met Pyongyang vallen onder het ministerie van Eenwording, dat losstaat van de Commissie.

Toch weigert Ji zijn functie als puur symbolisch te beschouwen. „We zijn met deze belangrijke thema’s bezig voor omgerekend 8,8 miljoen mensen. 60 procent van de Noord-Koreaanse vluchtelingen komt uit Noord-Hamgyong, waarin ook een strafkamp en de locatie voor kernproeven liggen. Vóór hen én met hen doe ik dit.” Mocht Korea op miraculeuze wijze morgen herenigd zijn, is het de bedoeling dat Ji en zijn collega’s direct naar het noorden reizen en het gezag gaan voeren in hun regio’s.

Foto geplaatst met toestemming van kantoor van Ji Seong-ho

Ji Seong-ho mag dan gouverneur zijn van Noord-Hamgyong, maar hij wil de regio niet bezoeken. „Ik heb daar zoveel pijn en ellende ervaren en heb sinds ik er weg ben juist veel liefde mogen ontvangen van Zuid-Koreaanse burgers, dus waarom zou ik naar die nare plek terug willen?”

Toch verwacht hij er in de toekomst weer te zijn. „Als gouverneur van Noord-Hamgyong maakt het niet uit of ik terug wil, ik moet terug. Ik wil een omgeving creëren waarin Noord-Koreaanse burgers vrij kunnen leven, om liberale democratie naar het Noorden te brengen. Dat wordt mijn bijdrage aan de gemeenschap. Mijn geboortedorp roept nachtmerries bij me op die ik nooit wil herbeleven. Maar teruggaan zal ik.”

Een eerdere versie van dit interview werd op 30 juni 2025 gepubliceerd op de website van NRC.

Noord- en Zuid-Koreaanse propagandaluidsprekers uitgeschakeld

Een eerste stap naar de-escalatie op het Koreaanse schiereiland is gezet. Een week na zijn aantreden besloot de Zuid-Koreaanse president Lee Jae-myung de propagandaluidsprekers richting Noord-Korea uit te zetten. Een dag later, afgelopen donderdag, werden ook de Noord-Koreaanse speakers uitgeschakeld.

Lees hier mijn analyse: Noord- en Zuid-Korea zetten propagandaluidsprekers uit

Reportage DMZ Tour in Zuid-Korea

et grensgebied tussen Noord- en Zuid-Korea lijkt een enge plek – en is dat ook. Toch vertrekken dagelijks honderden toeristen vanuit Seoul om een DMZ Tour te doen, waarbij je Noord-Korea in kunt kijken en zelfs een oude, ontdekte Noord-Koreaanse infiltratietunnel kunt bezoeken. Ik ging voor het Reformatorisch Dagblad mee op zo’n tour:

Lees hier de volledige reportage: Op bezoek in het grensgebied tussen Noord- en Zuid-Korea: „Voor toeristen is dit vermaak, maar voor Koreanen is het een verdrietige plek”

Reportage Starbucks aan de grens tussen Noord- en Zuid-Korea

Voor NRC reisde ik naar de grens tussen Noord- en Zuid-Korea om de…. Starbucks daar te bezoeken, waar Zuid-Koreaanse dagjesmensen een blik werpen op een Noord-Koreaans dorp aan de overzijde. “Wij leven in welvaart, terwijl zij moeten doen alsof.”

Lees hier mijn volledige reportage: Koffie met uitzicht op Noord-Koreaanse propaganda: ‘Wij leven in welvaart en zij moeten doen alsof’