Kim Hye-sook werd op haar 13e naar het beruchte doch grotendeels onbekende Noord-Koreaanse strafkamp Bukchang gestuurd. Ze zou er 28 jaar blijven voor een “misdaad” die niet eens haar eigen was: omdat haar grootvader was gevlucht naar het welvarende en vrije Zuid-Korea werd de hele familie naar Bukchang gezonden.
Dat is het gevolg van de beruchte “driegeneratiesregel”, die stichter van Noord-Korea Kim Il-sung (1912 – 1994) instelde na de Koreaanse Oorlog. Voor het vergrijp van één individu worden drie generaties naar een concentratiekamp gestuurd. Zo hoopt het Kimregime zijn bevolking loyaal en gedwee te houden. Meer dan een halve eeuw later zijn zowel de regel als de strafkampen nog steeds een gruwelijke realiteit. VICE sprak met Kim over haar tijd in het kamp:
“Het is heel moeilijk om over te praten, maar de hele wereld moet weten wat voor verschrikkelijke dingen er gebeuren in Noord-Korea.”
Verwerken door kunst
Dwangarbeid, marteling, misbruik – er is weinig wat Kim niet is overkomen in Bukchang. Ze werd al op haar veertiende tewerkgesteld in een kolenmijn, waar ze stoflongziekte opliep. Na haar vrijlating en succesvolle vlucht naar Zuid-Korea verwerkte ze deze gruwelijkheden op een creatieve manier: tekenkunst. Kim laat een tekening die ze gemaakt heeft van Bukchang zien en zegt:
“Omdat niemand naar het kamp toe kan, werd er een satelliet gestuurd die foto’s nam. Dat duurde acht maanden. Toen ze de foto’s met mijn tekening vergeleken, kwam alles perfect overeen.”
Propaganda en hersenspoelen
Hoewel ze twee derde van haar leven in een Noord-Koreaans concentratiekamp zat, was ze die hele periode gehersenspoeld door de propaganda van Pyongyang:
“Ik geloofde dat Kim Il-sung een god was.”
Van dat geloof is inmiddels niet meer over. Kim zet zich nu in voor meer bewustwording over de mensenrechtenschendingen in Noord-Korea, in de hoop dat het zal bijdragen aan een verandering. Aan het einde gaat Kim met de VICE-journalist naar de grens met Noord-Korea, waar een rivier van slechts enkele tientallen meters een ondoordringbare grens vormt tussen twee totaal verschillende werelden.
Een primeur hier op Nieuws uit Noord-Korea: een gastblog van Laurens Bynens vanuit Brussel. Laurens werkt als student aan de Vrije Universiteit Brussel aan een thesis over mensenrechten in Noord-Korea. Hij bezocht in Brussel een evenement waar Noord-Koreaanse vluchtelingen spraken over hun ervaringen. Lees hieronder zijn verslag.
László Tőkés opende de conferentie met een scherpe speech. Hij heeft ook enig recht van spreken: als sleutelfiguur in de ondergang van Roemeens dictator Nicolae Ceaușescu wordt hij bijvoorbeeld omschreven als “The Pastor Who Brought Down a Dictator”. Omdat de Roemenen ooit zelf leefden in een totalitaire staat, weet hij hoe het is om geen vrijheid te hebben. Ceaușescu was geïnspireerd door de Culturele Revolutie in China en door de persoonlijkheidscultus van Kim Il-sung, de stichter van Noord-Korea, waardoor een onschuldig grapje een Roemeen zeer zwaar kon komen te staan. Tőkés besloot zijn toespraak met een oproep naar de Noord-Koreanen om hun stem te verheffen, want het communisme leeft nog in sommige landen, “goddeloos en wreed”.
Na de beschouwing van EIAS dat de situatie in Noord-Korea waarschijnlijk slechter aan het worden is, terwijl sommigen hoopvol blijven, was het de beurt aan Kwon Eun Kyoung van de International Coalition to Stop Crimes Against Humanity in North Korea (ICNK). Terwijl de wereld eerst de gevangenenkampen negeerde, is dat nu onmogelijk geworden.
Kamp 15
Vervolgens nam Jung Gwang Il het woord, hierin bijgestaan door een tolk. Jung heeft in Kamp 15 gezeten en leidt nu de organisatie No Chain for North Korea. In de jaren ’90 leidde hij ondernemers op in Noord-Korea, waardoor hij vaak naar China trok. Hier werd hij opgepakt door Noord-Koreaanse agenten. De exacte reden voor zijn arrestatie is hij nooit te weten gekomen. Oude schoolvrienden zouden aan de autoriteiten verteld hebben dat hij contact had met Zuid-Koreaanse zakenmannen. Dit klopt weliswaar maar deze mannen waren volgens Jung, in tegenstelling tot wat de Noord-Koreaanse politie dacht, geen spionnen.
Na tien maanden martelingen met water en elektrische schokken kraakte Jung. Hij legde een valse verklaring af, waarin hij stelde een spion te zijn. Hierna werd hij naar Yodok overgebracht. Intussen was zijn gewicht gedaald van 70 naar 36 kilo. In Yodok zaten mensen om diverse (vermeende) redenen: ze hadden een portret van de Grote Leider beschadigd, ze hadden geluisterd naar Zuid-Koreaanse radio, ze hadden contact gehad met christenen of ze hadden geprobeerd te ontsnappen uit het land.
Een uitzending van Stichting Vrij Noord-Korea over Jung Gwang Il:
Zestien uur dwangarbeid per dag
Hun straf was zestien uur dwangarbeid per dag. In de zomer moesten ze graan verbouwen, in de winter hout kappen. Elke maaltijd bestond uit tweehonderd gram graan vermengd met bonen. Wie zijn werk niet voltooide, kreeg geen eten. Vele gevangen kwamen logischerwijze om door de combinatie van loodzware arbeid en voedseltekorten. Daarom stalen sommigen rauwe zaden om ze op te eten. Om dit te voorkomen, vermengden de bewakers de zaden met mest. Enkele gevangenen probeerden de zaden te wassen, maar dit lukte niet goed. Zij die de zaden alsnog opaten, kregen diarree en kotsten bloed, waarna ze stierven.
De houtkap in de winter was zo mogelijk nog zwaarder. De bomen moesten manueel omgekapt worden, waarbij velen gewond raakten. Een incident staat voorgoed op Jungs netvlies gebrand. De bewakers organiseerden een wedstrijd: de werkploeg die het meeste hout verzamelde, kreeg een taart op basis van graan. Enthousiast duwden de gevangenen het hout de berg af, maar op dat moment klommen anderen net naar boven om aan hun dienst te beginnen. Vele gebroken benen en ruggen en meerdere doden waren het zware gevolg. De bewakers vonden deze ellende plezierig. Ze vertelden de gevangenen:
“Jullie zijn geen mensen, jullie zijn dieren. Jullie horen niet thuis in deze maatschappij”.
De doden en zelfs zij die zwaargewond nog in leven waren, werden opeengestapeld in een “dodenhuis” waar de temperatuur tot wel -20°C kon dalen. Jung liep hier dagelijks voorbij als hij naar het toilet moest. Uiteindelijk, nadat de lijken verschillende keren bevroren en ontdooid waren, moest Jung de lichamen in een gat scheppen. Intussen leken ze meer op mest dan op mensen. Op 12 april 2003 werd Jung vrijgelaten uit Yodok. Op 21 april dat jaar ontsnapte hij uit Noord-Korea.
Een video van Amnesty International over de strafkampen in Noord-Korea, met interviews van voormalige gedetineerden uit Yodok
“Waarschijnlijk binnen 15 jaar hereniging”
De laatste toespraak was van Kim Young Hwan, hoofdonderzoeker bij het Network for North Korean Democracy and Human Rights. In jaren ’80 was hij een Zuid-Koreaanse studentenleider die voor Noord-Korea en tegen Zuid-Korea protesteerde. Hij ontmoette op die manier Kim Il-sung twee keer. Toen het communisme in Oost-Europa instortte was hij ongerust, en hij wilde de toekomst van Noord-Korea met Kim Il-sung en zijn entourage bespreken. Hij was teleurgesteld toen het Noord-Koreaanse regime zich gesloten en conservatief opstelde. Kim zag in dat de gelijkheid, de hoeksteen van het socialisme, nog minder aanwezig was in het Noorden dan in het Zuiden. Hij begon te luisteren naar getuigenissen van Noord-Koreanen die ontsnapt waren. Met tomeloze energie begon hij zich in te zetten voor zij die in het Noorden onderdrukt worden. In 2012 werd hij echter opgepakt in China toen hij aan de grens met Noord-Korea actief was. Hij werd door de Chinese politie gearresteerd en opgesloten voor vier maanden, waarin hij afgeranseld werd en elektrische schokken toegediend kreeg.
Bekijk hier de lezing “From Juche Evangelist to North Korean Human Rights Activist” plus een andere presentatie van Kim Young Hwan
Kim stelde verder dat Noord-Korea wel degelijk aan het veranderen is. Onder meer de hongersnoden hebben een zware impact gehad. Het land is allesbehalve een socialistisch paradijs, en pleegt integendeel zware inbreuken op de mensenrechten. Toch wankelt het land volgens hem niet. Het regime heeft zich in de laatste twintig jaar weten aan te passen aan de veranderingen. Toch acht hij het zeventig procent mogelijk dat de Korea’s zich herenigen binnen de vijftien jaar.
Dat doet denken aan een toespraak die vorig jaar werd gegeven door Jang Jin-sung, voormalig hofdichter van Kim Jong-il en tegenwoordig mensenrechtenactivist en gasthoogleraar aan de Universiteit Leiden. Daarin sprak hij tot een groep studenten Koreastudies:
“Ik geef het Noord-Koreaanse regime nog zo’n vijf jaar, hooguit zeven. Ik denk dat mensen die nu in Leiden studeren later kunnen doceren aan universiteiten in het noorden van een herenigd Korea.”
Laurens Bynens is student aan de Vrije Universiteit Brussel. Hij werkt aan een thesis over mensenrechten in Noord-Korea
De laatste jaren is meer geschreven over hoe burgers in Noord-Korea te maken krijgen met repressie, armoede, honger en mensenrechtenschendingen. Noord-Koreanen die het land weten te ontvluchten en Zuid-Korea bereiken, kunnen rekenen op een veel beter leven. Maar ook in het vrije, democratische Zuid-Korea krijgen zij te maken met enorme uitdagingen. Tommy Driskill van de Universiteit van Hawaï reisde naar Seoul, sprak met meerdere experts en Noord-Koreaanse vluchtelingen en maakte de documentaire Life as a North Korean Defector.
Yeonmi Park vertelt in de documentaire over haar ervaringen met discriminatie en eenzaamheid.
In de uitzending is te zien hoe Noord-Koreanen zich leren aanpassen aan de Zuid-Koreaanse samenleving, na een drie maanden durende training te hebben gevolgd in Hanawon. Ze krijgen over het algemeen meer vrijheid, betere voorzieningen en een fijner leven, maar krijgen ook met tal van problemen te maken. Zo zijn veel vluchtelingen sociaal geïsoleerd en worden ze geregeld gediscrimineerd door Zuid-Koreaanse landgenoten. Ook krijgen ze vaak te maken met oplichting, psychische problemen en moeite met zich aanpassen aan een totaal ander soort samenleving.
Bekijk hier de documentaire
Hawaii News Now had een kort interview met documentairemaker Tommy Driskill
Inmiddels werkt Driskill aan een nieuwe documentaire, over een Noord-Koreaanse kunstenaar die zijn werk na zijn ontsnapping uit het land op een nieuwe manier heeft voortgezet.
Ze ontvluchtte als 17-jarig meisje het meest gesloten land ter wereld: Noord-Korea. Het kostte haar jaren om vanuit China Zuid-Korea te bereiken. Hyeonseo Lee publiceerde donderdag een boek over haar ervaringen en werd door Sky News geïnterviewd.
Voor Lee was het oversteken van de grens naar China niet het moeilijkste. Ze woonde in de buurt van de grens en had goede banden met de bewakers. Het lastigste was om ongezien door China en Laos te reizen, omdat die landen Noord-Koreaanse vluchtelingen terugsturen naar hun vaderland – waar hen doorgaans zeer zware straffen wachten.
Steeds een nieuwe identiteit – tot op de dag van vandaag
Om die reden heeft ze haar memoires ook de titel The Girl With Seven Names gegeven, omdat ze continu van identiteit moest switchen. Ook Hyeonseo Lee is niet haar echte naam:
“Hyeon betekent zonneschijn. Seo betekent geluk. Ik koos deze naam zodat ik mijn leven in het licht en de warmte zou leven en niet meer zou terugkeren naar de duistere schaduwen.”
Ondanks het gevaar om te worden gerepatrieerd naar Noord-Korea, keerde Lee jaren later toch terug naar China. Ze wilde namelijk haar moeder en broer ook helpen het land van Kim Jong-un te ontvluchten. Lees hier een voorpublicatie op de website van The Guardian over hoe ze dit deed.
Bekijk hier een ander interview dat Lee onlangs had met de BBC:
De gewone Noord-Koreaan
Waarom besloot ze haar ervaringen op te schrijven, vraagt de interviewster. Lee aarzelt even en zegt dan:
“Er wordt erg veel over Noord-Korea gesproken, maar dan gaat het doorgaans over kernwapens en langeafstandraketten. De gewone Noord-Koreaanse burger wordt dikwijls vergeten. Met mijn boek hoop ik mensen te inspireren zich op wat voor manier dan ook in te zetten voor mensen in Noord-Korea en voor Noord-Koreanen die in China op de vlucht zijn.”
Lee zegt optimistisch te zijn over de toekomst en is ervan overtuigd dat ze de val van het Kimregime nog mee zal maken. Wel geeft ze toe te vrezen voor haar eigen veiligheid. Noord-Koreaanse spionnen hebben in het verleden meerdere Noord-Koreaanse vluchtelingen geïntimideerd, mishandeld en zelfs vermoord. Hwang Jang-yop, het hoogstgeplaatste Noord-Koreaanse elitelid dat ooit het land ontvluchtte, kreeg tot zijn natuurlijke dood op 87-jarige leeftijd in 2010 geregeld te maken met bedreigingen van spionnen en huurmoordenaars.
TED-talk en meer vluchtelingenverhalen
Een Nederlandse vertaling van Lee’s boek verschijnt half oktober bij The House of Books. Ik zal tegen die tijd op deze website het boek bespreken. In 2013 gaf Lee een TED-talk, die hier te bekijken is:
Vorige week werd Lee publiek geïnterviewd in de Frontline Club in Londen. Het anderhalf uur durende vraaggesprek is hier terug te zien:
Ik schreef eerder over vluchtelingenverhalen van Noord-Koreanen. Lees deze stukken hier en hier.
Een eerdere versie van dit artikel werd op 6 juli 2015 gepubliceerd op nrc.nl.