Een primeur hier op Nieuws uit Noord-Korea: een gastblog van Laurens Bynens vanuit Brussel. Laurens werkt als student aan de Vrije Universiteit Brussel aan een thesis over mensenrechten in Noord-Korea. Hij bezocht in Brussel een evenement waar Noord-Koreaanse vluchtelingen spraken over hun ervaringen. Lees hieronder zijn verslag.
Op 2 juli 2015 organiseerde Europees parlementslid László Tőkés in samenwerking met het European Institute for Asian Studies (EIAS) het evenement Human Rights in North Korea: Voices from the Peninsula. In een van de conferentiezalen van het Europees Parlement tekenden tientallen mensen present voor onder meer een getuigenis van de gevluchte Noord-Koreaan Jung Gwang Il.
Ceaușescu
László Tőkés opende de conferentie met een scherpe speech. Hij heeft ook enig recht van spreken: als sleutelfiguur in de ondergang van Roemeens dictator Nicolae Ceaușescu wordt hij bijvoorbeeld omschreven als “The Pastor Who Brought Down a Dictator”. Omdat de Roemenen ooit zelf leefden in een totalitaire staat, weet hij hoe het is om geen vrijheid te hebben. Ceaușescu was geïnspireerd door de Culturele Revolutie in China en door de persoonlijkheidscultus van Kim Il-sung, de stichter van Noord-Korea, waardoor een onschuldig grapje een Roemeen zeer zwaar kon komen te staan. Tőkés besloot zijn toespraak met een oproep naar de Noord-Koreanen om hun stem te verheffen, want het communisme leeft nog in sommige landen, “goddeloos en wreed”.
Na de beschouwing van EIAS dat de situatie in Noord-Korea waarschijnlijk slechter aan het worden is, terwijl sommigen hoopvol blijven, was het de beurt aan Kwon Eun Kyoung van de International Coalition to Stop Crimes Against Humanity in North Korea (ICNK). Terwijl de wereld eerst de gevangenenkampen negeerde, is dat nu onmogelijk geworden.
Kamp 15
Vervolgens nam Jung Gwang Il het woord, hierin bijgestaan door een tolk. Jung heeft in Kamp 15 gezeten en leidt nu de organisatie No Chain for North Korea. In de jaren ’90 leidde hij ondernemers op in Noord-Korea, waardoor hij vaak naar China trok. Hier werd hij opgepakt door Noord-Koreaanse agenten. De exacte reden voor zijn arrestatie is hij nooit te weten gekomen. Oude schoolvrienden zouden aan de autoriteiten verteld hebben dat hij contact had met Zuid-Koreaanse zakenmannen. Dit klopt weliswaar maar deze mannen waren volgens Jung, in tegenstelling tot wat de Noord-Koreaanse politie dacht, geen spionnen.
Na tien maanden martelingen met water en elektrische schokken kraakte Jung. Hij legde een valse verklaring af, waarin hij stelde een spion te zijn. Hierna werd hij naar Yodok overgebracht. Intussen was zijn gewicht gedaald van 70 naar 36 kilo. In Yodok zaten mensen om diverse (vermeende) redenen: ze hadden een portret van de Grote Leider beschadigd, ze hadden geluisterd naar Zuid-Koreaanse radio, ze hadden contact gehad met christenen of ze hadden geprobeerd te ontsnappen uit het land.
Een uitzending van Stichting Vrij Noord-Korea over Jung Gwang Il:
Zestien uur dwangarbeid per dag
Hun straf was zestien uur dwangarbeid per dag. In de zomer moesten ze graan verbouwen, in de winter hout kappen. Elke maaltijd bestond uit tweehonderd gram graan vermengd met bonen. Wie zijn werk niet voltooide, kreeg geen eten. Vele gevangen kwamen logischerwijze om door de combinatie van loodzware arbeid en voedseltekorten. Daarom stalen sommigen rauwe zaden om ze op te eten. Om dit te voorkomen, vermengden de bewakers de zaden met mest. Enkele gevangenen probeerden de zaden te wassen, maar dit lukte niet goed. Zij die de zaden alsnog opaten, kregen diarree en kotsten bloed, waarna ze stierven.
De houtkap in de winter was zo mogelijk nog zwaarder. De bomen moesten manueel omgekapt worden, waarbij velen gewond raakten. Een incident staat voorgoed op Jungs netvlies gebrand. De bewakers organiseerden een wedstrijd: de werkploeg die het meeste hout verzamelde, kreeg een taart op basis van graan. Enthousiast duwden de gevangenen het hout de berg af, maar op dat moment klommen anderen net naar boven om aan hun dienst te beginnen. Vele gebroken benen en ruggen en meerdere doden waren het zware gevolg. De bewakers vonden deze ellende plezierig. Ze vertelden de gevangenen:
“Jullie zijn geen mensen, jullie zijn dieren. Jullie horen niet thuis in deze maatschappij”.
De doden en zelfs zij die zwaargewond nog in leven waren, werden opeengestapeld in een “dodenhuis” waar de temperatuur tot wel -20°C kon dalen. Jung liep hier dagelijks voorbij als hij naar het toilet moest. Uiteindelijk, nadat de lijken verschillende keren bevroren en ontdooid waren, moest Jung de lichamen in een gat scheppen. Intussen leken ze meer op mest dan op mensen. Op 12 april 2003 werd Jung vrijgelaten uit Yodok. Op 21 april dat jaar ontsnapte hij uit Noord-Korea.
Lees hier een artikel over hoe Jung films en soapseries naar Noord-Korea smokkelt.
Een video van Amnesty International over de strafkampen in Noord-Korea, met interviews van voormalige gedetineerden uit Yodok
“Waarschijnlijk binnen 15 jaar hereniging”
De laatste toespraak was van Kim Young Hwan, hoofdonderzoeker bij het Network for North Korean Democracy and Human Rights. In jaren ’80 was hij een Zuid-Koreaanse studentenleider die voor Noord-Korea en tegen Zuid-Korea protesteerde. Hij ontmoette op die manier Kim Il-sung twee keer. Toen het communisme in Oost-Europa instortte was hij ongerust, en hij wilde de toekomst van Noord-Korea met Kim Il-sung en zijn entourage bespreken. Hij was teleurgesteld toen het Noord-Koreaanse regime zich gesloten en conservatief opstelde. Kim zag in dat de gelijkheid, de hoeksteen van het socialisme, nog minder aanwezig was in het Noorden dan in het Zuiden. Hij begon te luisteren naar getuigenissen van Noord-Koreanen die ontsnapt waren. Met tomeloze energie begon hij zich in te zetten voor zij die in het Noorden onderdrukt worden. In 2012 werd hij echter opgepakt in China toen hij aan de grens met Noord-Korea actief was. Hij werd door de Chinese politie gearresteerd en opgesloten voor vier maanden, waarin hij afgeranseld werd en elektrische schokken toegediend kreeg.
Bekijk hier de lezing “From Juche Evangelist to North Korean Human Rights Activist” plus een andere presentatie van Kim Young Hwan
Kim stelde verder dat Noord-Korea wel degelijk aan het veranderen is. Onder meer de hongersnoden hebben een zware impact gehad. Het land is allesbehalve een socialistisch paradijs, en pleegt integendeel zware inbreuken op de mensenrechten. Toch wankelt het land volgens hem niet. Het regime heeft zich in de laatste twintig jaar weten aan te passen aan de veranderingen. Toch acht hij het zeventig procent mogelijk dat de Korea’s zich herenigen binnen de vijftien jaar.
Dat doet denken aan een toespraak die vorig jaar werd gegeven door Jang Jin-sung, voormalig hofdichter van Kim Jong-il en tegenwoordig mensenrechtenactivist en gasthoogleraar aan de Universiteit Leiden. Daarin sprak hij tot een groep studenten Koreastudies:
“Ik geef het Noord-Koreaanse regime nog zo’n vijf jaar, hooguit zeven. Ik denk dat mensen die nu in Leiden studeren later kunnen doceren aan universiteiten in het noorden van een herenigd Korea.”
Laurens Bynens is student aan de Vrije Universiteit Brussel. Hij werkt aan een thesis over mensenrechten in Noord-Korea