Na 3,5 jaar covid-isolement en gesloten grenzen ontvangt Noord-Korea komende donderdag voor het eerst weer internationaal bezoek. Die dag reizen een Chinese en een Russische delegatie naar het totalitaire land om een herdenking bij te wonen. Het is donderdag exact zeventig jaar geleden dat de Koreaanse Oorlog (1950 – 1953) eindigde in een wapenstilstand.
Het bezoek doet speculaties oplaaien over of dit een voorteken is dat Noord-Korea (voorzichtig) weer de grenzen opent. In januari 2020 werden die gesloten vanwege de coronapandemie, sindsdien zijn die niet meer open geweest. Alleen afgelopen maart werd eenmalig een uitzondering gemaakt: toen mocht de nieuwe Chinese ambassadeur met ander nieuw ambassadepersoneel de grens met het land oversteken om aan zijn nieuwe baan in Pyongyang te beginnen.
Grenzen open?
Dat was een uitzondering en ging in tegenstelling tot de Chinese en Russische delegaties om mensen die jaren in Noord-Korea blijven. Het nu aangekondigde bezoek zou opnieuw een uitzondering kunnen zijn. Veel analisten speculeren er al tijden over wanneer de grenzen weer open zouden kunnen gaan. „Ik heb het gevoel dat het komende herfst zo ver is”, zei de rector van een private universiteit in Pyongyang, Park Chan-mo, eerder deze maand nog. Veel tourbedrijven wachten met smart tot ze weer groepen westerse toeristen naar Noord-Korea kunnen laten reizen. Ook ngo’s hopen al langer weer te worden toegelaten tot het gesloten land, waar grote delen van de bevolking met voedseltekorten kampen.
De humanitaire situatie in het land is verslechterd sinds de grenzen hermetisch werden afgesloten. Ook leider Kim Jong-un gaf toe dat er voedselproblemen waren. De afgelopen 3,5 jaar konden in Noord-Korea gestationeerd ambassadepersoneel of ngo-medewerkers het land wel uitreizen, maar nieuwe staf werd niet tot Noord-Korea toegelaten. Daardoor is er al langere tijd geen enkele buitenlandse hulpverlener aanwezig in Noord-Korea.
De Russische en Chinese delegaties die naar Pyongyang reizen staan stil bij het feit dat de Koreaanse Oorlog zeventig jaar geleden eindigde in een staakt-het-vuren. Tijdens dit Koude Oorlogconflict vochten China en de Sovjet-Unie aan de zijde van Noord-Korea. Het was het enige gewapende conflict in de Koude Oorlog waarbij Amerikaanse en Sovjet-militairen direct met elkaar vochten – in de lucht boven het Koreaanse schiereiland. De Sovjet-Unie leverde destijds piloten, maar vocht niet op de grond mee. De Amerikanen deden dat wel, net als Nederland en meerdere andere VN-bondgenoten.
Sjojgoe
De Russische delegatie wordt geleid door Sergej Sjojgoe, de Russische minister van Defensie en een van de gezichten van de Russische aanval op Oekraïne. Noord-Korea heeft als een van de weinige landen openlijk steun uitgesproken voor de Russische invasie. Amerikaanse inlichtingendiensten zeggen dat Pyongyang wapens en munitie heeft geleverd aan de Russische Wagner-groep. De Chinese afvaardiging staat onder leiding van Politburolid Li Hongzhong. Waarschijnlijk gaat de herdenking gepaard met een grote militaire parade, waarbij het Noord-Koreaanse kern- en raketarsenaal voorbij zal rollen.
Vorige week kreeg Noord-Korea nog ongepland buitenlands bezoek. Toen rende de Amerikaanse militair Travis King de grens tussen Zuid- en Noord-Korea over. Sindsdien is niets meer van hem vernomen. De Verenigde Staten zeggen contact te zoeken met Pyongyang om over Kings toestand te praten. De militair was gelegerd in Zuid-Korea en had daar een korte celstraf uitgezeten wegens mishandeling. Hij stond op het punt te worden gerepatrieerd naar de Verenigde Staten, maar wist het vliegveld te ontvluchten en zich aan te sluiten bij een tour naar het inter-Koreaanse grensgebied.
Een eerdere versie van dit artikel verscheen op de website van NRC.